Een volleybal-teamgenote vertelde dat ze met haar
dochter in Antwerpen was gaan winkelen. ‘En om tien uur ’s ochtends hadden ze
de portemonnee van mijn dochter al gerold.’ zei ze droog.
`Wat akelig, hoe is dat gebeurd?’ vroegen wij.
`We dronken koffie bij de Starbucks op Antwerpen Centraal.
Het was daar enorm donker. Twee oudere mannen naast ons vroegen mijn dochter om
een pen. Ze zocht in haar tas en zei dat ze er geen had. Ik zocht in mijn tas
en had er ook geen voor hen. Ja, ze maken er gewoon misbruik van dat je
behulpzaam bent’, zei ze boos.
Om een pen vragen, die truc is zeker zo oud als die mannen
waren, dacht ik. Maar hij werkte dus nog steeds.
`Toen moet het gebeurd zijn’, zei mijn teamgenote. `Mijn
dochter vertelde dat ze haar tas open had laten staan, toen ik in mijn tas aan het
zoeken was. En bij de eerste winkel waar we iets moesten afrekenen zag ik haar helemaal
wit wegtrekken. Weg portemonnee!’
`Wat zat erin?’ vroegen wij.
`Haar studiepas, bankpasje, contant geld en een kaartje voor
een feest waar ze dit weekend naar toe zou gaan.’
`Oh wat erg. Hebben jullie aangifte kunnen doen?’
`Ja, er zat een politiepost op het station.'
'Mooi.'
`Daar zat een
hele dikke agent met een gouden tand en zijn haar vettig naar achter’, vervolgde ze.
`Die zat ook in het complot?’, zei ik voor de grap.
`Ja,’ zei ze lachend, `hij ontving ons wel erg onvriendelijk. Hij leek helemaal geen zin te hebben om de aangifte op te nemen en plantte ons in een kamertje
waar we moesten wachten.
Daar zaten we zo een tijdje, tot mijn dochter ineens
besefte dat ze ook dat kaartje voor dat feest kwijt was en ze barstte in huilen
uit. Net op dat moment kwam die agent binnen om ons op te halen.
De aanblik
van mijn huilende dochter vond hij zo charmant, dat hij ineens heel lief tegen haar was.’
`En waar is `t gebeurd?’, vroeg hij meelevend in onvervalst
Antwerps.
`In de Starbucks,’ zei ze snikkend.
`Awel’, riep hij uit,’da’s ook geen wonder...
‘t is daar zo donker als d’n el!’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten